In de nieuwe rubriek De Droom van een Zanger maken we elke maand kennis met een van de zangers van Consensus Vocalis. Hoe zijn ze ooit begonnen met zingen? Bij wie hadden ze les? Wat waren de ambities en kwamen dromen uit? Voor deze editie vroegen we naar het verhaal van mezzosopraan Femke van Essen.
Als kind moesten wij thuis allemaal sowieso twee jaar op muziekles, daarna mochten we het zelf weten. Ik koos gitaar, omdat mijn zus dat ook deed. Ik zong ook in een kinderkoor en mocht vaak de solo’s zingen, wat ik erg leuk vond om te doen. Later ging ik ook op pianoles. Mijn droom was om basgitaar te spelen in een band. Ik was twaalf en zag er één hangen aan de muur van het muzieklokaal op de middelbare school. Mijn poging om indruk te maken op een meisje uit de klas, was haar vertellen dat ik dat speelde. Ik hoopte dat ze me stoer zou vinden. Thuis oefende ik coole bas-loopjes op mijn klassieke Spaanse gitaar. Mijn leugen bereikte zijn doel, want op een dag werd ik aangesproken: “Ik hoorde dat jij basgitaar speelt; ik begin een band en ik zoek nog een bassist.”. Ik zei ja en daarmee begon mijn leven als bassist en heb ik van mijn dertiende tot en met mijn negentiende in verschillende bandjes gespeeld.
Op een gegeven moment kreeg ik last van mijn polsen. Ik was ook op een punt in mijn leven aangekomen waarin alles even op losse schroeven kwam te staan. Toen vroeg ik mezelf: “Er moet toch iets zijn waarvan ik wél 100% zeker weet dat ik het wil?!” In mij werd het ineens heel rustig en het antwoord kwam naar boven: “jij wilt klassiek zingen”. Ik had geen idee waar dat vandaan kwam, maar ik heb dezelfde dag nog een docent opgebeld, begon met zingen en ben er nooit meer mee gestopt. Vooral opera vind ik nu erg mooi om te doen; ik leef voor de combinatie van spel en zang. Mijn meest actuele droom is om met een eigen ensemble zelf gecomponeerde stukken te zingen, deels gebaseerd op improvisatie. Ik ben er al mee bezig en ik hoop dat ook deze droom mag uitkomen!”
