De opera Orphée et Eurydice vertelt het bekende verhaal van Orpheus, die zijn geliefde Eurydice terug wil halen uit het dodenrijk. De Orpheus-mythe draait rond eeuwige thema’s als kunst, dood en liefde, waarbij de nadruk vaak op de laatste ligt; Orpheus riskeert voor zijn gestorven geliefde zelfs zijn eigen leven.
Het verhaal
Het bekende Orpheusverhaal is in Glucks versie teruggebracht tot de essentie. Een compact drama voor drie personages: Orphée, Eurydice en L’Amour. Na de plotselinge dood van zijn jonge echtgenote reist Orpheus af naar de onderwereld om haar terug te halen uit het schimmenrijk. Tijdens zijn reis wordt de mythische zanger tegengehouden door geesten uit de dodenwereld, maar zijn gezang weet hem uiteindelijk naar de Elysische velden te brengen, waar hij Eurydice aantreft. Lukt het Orpheus om zijn gestorven geliefde terug te krijgen?
Cast & Crew
Muzikale leiding: Sascha Goetzel
Regie: Jennifer Williams
Choreografie: Pim Veulings
Kostuumontwerp: Sanne Oostervink
Lichtontwerp: Alex Brok
Orphée: Yaroslav Abaimov
Eurydice: Kristina Bitenc
L’ Amour: Lucia Martin Carton
Koor: Consensus Vocalis
Orkest: Phion, Orkest van Gelderland & Overijssel
Recensies
Backtrack
“The huge cast, provided by the formidable Consensus Vocalis, were utterly convincing. “O welche Lust”, the Prisoners’ Chorus, was a moment of great poignancy.”
Trouw
“…het fraai zingende koor Consensus Vocalis…”
NRC
“Ook het koor Consensus Vocalis is goed, vooral in ‘O welche Lust im freier Luft’, als de gevangenen elkaar om beurten toefluisteren zachtjes te zingen.”
Theaterkrant
“Het koor is opvallend sterk aanwezig en in de scènes waarin zij op toneel staan springt wél een vonk over. Zowel hun silhouetten als gevangenen als hun uitbundige vreugde als ze vrijgelaten zijn, overtuigen ten volle.”
Operamagazine
“Een prachtige rol heeft het koor in ‘Fidelio’. (…) Het koor van de gevangenen ‘O welche Lust, in freier Luft’ (met uitstekende soli van Bram van Uum en Remmert Velthuis), werd met intense spanning gezongen door het koor Consensus Vocalis (ingestudeerd door Alistair Digges), terwijl het uitbundige ‘Heil sei den Tag’ bijdroeg aan de forse klankmassa van een grandioze finale.”